zondag 15 februari 2015

FIFTY SHADES OF GREEN, VIJFTIG TINTEN GROEN






Het begon al zo’n 55 jaar geleden. Ik had spierwitte haren en een bleke glazige groene huidteint. Als ik al een blos op mijn wangen kreeg dan had ik gegarandeerd koorts. Ik had dus als lagere schoolleerling geen al te gezonde uitstraling. Er werd bij mij dan ook anemie vastgesteld, een milde vorm van bloedarmoede. Dit werd destijds verholpen door bovenop de extra groenten, fruit, ijzerpillen, en een poging tot het slikken van levertraan, mij een jaar lang dagelijks, ofwel een bord sla, een bord spinazie, een stuk gebakken kalfslever, gebakken hartvlees of paardenbiefstuk te laten eten. Ik kan jullie verzekeren dat, van zodra ik het ouderlijk huis verliet, al deze ingrediënten nog nauwelijks op mijn aankooplijstje voorkwamen. Ik werd al groen als ik ze ergens in een rek zag liggen.

Tot mijn zoontje geboren werd. Toen baby/peuter Tom aan de gemixte aardappel- en groentepapjes begon, had hij voor zichzelf uitgemaakt dat alle hapjes groen moesten zijn.  Niet een beetje heel lichtgroen, niet wit, niet rozig, niet geel of worteltjesoranje, maar groen-groen! Op allerlei slinkse manieren probeerden wij de lepeltjes gepureerde voeding naar binnen te krijgen. “Toet, toet, sjoek, sjoek, daar komt de trein…mondje open, allemaal uitstappen!” Met het lepeltje worteltjespuree heel hoog in de lucht: “Zoef, zoef, vroemmm, het vliegtuigje is daar, vlug mondje open, allemaal uitstappen.” Zijn oogjes volgden de oranje aardappelpuree, maar geen passagier geraakte in de luchthaven. “Broem, broem, hier komt de auto, tuut, tuut, garage open.” Zoonlief  bleef zijn lipjes op elkaar persen en bekeek ons met een zekere intensiteit alsof we hem cyaankali wilden voederen.
Aan deze machtstrijd moest dringend een einde komen. Ik kocht een diepvrieszak vol met kleine porties spinazie. Dagelijks roerde ik hiervan een blokje door het aardappelprakje. Zonder het “trein- tram- busdag” toneeltje ging de peutergarage open en verdween het ene lepeltje groene prut na het andere in het opengesperde mondje. Zo fopt men Frederik, maar ook kleine Tommekes.  Of het aan zijn Noorse Viking- genen langs vaderskant lag of aan de dagelijkse consumptie van spinazie, zoonlief groeide op als een beer van een vent, een Schwarzenegger met de kracht van een Jerommeke.

Mijn tweede echtgenoot stond bij het uitdelen van de lengtes, duidelijk niet op de eerste rij. Hij werd geboren juist voor het uitbreken van de tweede wereldoorlog en werd als baby onmiddellijk door zijn ouders meegenomen op de vlucht naar Frankrijk. Door het ontbreken van groenten, fruit en allerlei hoognodige voedingsmiddelen tijdens de oorlog is volgens manlief zijn ganse generatie kleiner van stuk uitgevallen. Zijn lengte kan ook genetisch bepaald zijn omdat zijn moeder en vader beiden amper boven de 1.60 m uitkwamen. Manlief eet het liefst dubbele porties groentes, propt zich vol met allerhande sla’s en is verzot op paling in ‘t groen. Misschien hoopt hij nog steeds op een verlate groeistuip of wil hij gewoon het vitaminetekort van zijn jeugd inhalen. Manlief  eet het liefst alle groentes die niet bepaald op mijn hitparade staan. Ik bereid dus als een liefhebbend vrouwtje, spruitjes, savooiekool, groene kool,witte kool en bladspinazie. Ik ben nog van de generatie dat je alles, lusten of niet, moet proberen te eten. Ik laat deze naar schetenruikende bereidingen en groene slijmgroentes dan ook met een licht onbehagen door mijn slokdarm schuiven.
Nu we hier op Tenerife overwinteren, leek het wel of manlief een spinaziebacterie had opgedaan. Ook  bleek TV- kokend Vlaanderen volledig tegen mij samen te spannen.
De eerste week van ons verlof, bereidde Jeroen Meus in zijn programma “Dagelijkse Kost”, een gebakken boerenworst met een berg ‘spinaziestoemp’. Boven in deze groene aardappelberg werd er een kratertje gemaakt, gevuld met een lepel vettige, glanzende vleessaus. Nog voordat Jeroen kon zeggen: “Dit is nu een echt gerechtje van ons moemoe, laat het jullie smaken!” Zei manlief al: “mmmm spinazie, lekker, kunnen we dat morgen eten?”. De week daarna kwam Piet Huysentruyt op de televisie met een stukje kabeljauwfilet op een bedje van spinazie. Het geheel werd versierd met quinoa, met uren in de oven gebakken pelletjes van tomaten, een zalfje van knolselderpuree en rozemarijnbloemetjes. Nog voor ik Piet’s prutserig menuutje kon afbreken, was daar al de vraag van manlief of er nog spinazie in de diepvries zat…grr. En wat dachten jullie dat wij ’s anderdaags aten, juist weer die groene smurrie. Een paar dagen later hoorden we op de radio een interview met een tv- kok.  Hierin werd de mythe van Popeye, die door het eten van spinazie, sterker en sterker zou zijn geworden, volledig ontkracht. Er zit inderdaad ijzer in spinazie, maar niet in die mate zoals het tekenfilmwereldje ons wil doen geloven. Manlief hoorde het woord spinazie en toen ik zag dat hij opnieuw het spinazieoffensief wilde inzetten, spurtte ik de badkamer in. Ik heb ondertussen al SM- dromen van vijftig tinten groene mannetjes die mij met lepels slijmerige bladspinazie achtervolgen. Het woord spinazie komt stilaan mijn oren uit en niet alleen uit mijn oren. Het groene goedje komt er bij mij langs achter even groen uit, dan dat het er langs boven ingegaan is! Nu moeten jullie niet denken dat het dagelijkse menu voor mij alleen kommer en kwel is hoor. Op spinazieloze dagen, dat is onze afspraak, bereid ik alles wat ik lekker vind! Inktvis, kippetje, steak met frietjes en een ijsje toe, voor mij chocolade-ijs en hoe kan het ook anders: voor manlief groene pistache…

In de supermarkt leid ik sinds een paar dagen de aandacht van manlief af en loop ik met een grote boog om de vrieskasten heen, waar de zakken diepvries “espinaca” opgestapeld liggen. Er ligt nu nog één portie van het gifgroene goedje in onze eigen Canarische diepvrieskist. Dus nog één keer op de barbecue gegrilde baars op een bedje van groene spinaziepuree en de zaak is rond. Nog één keer een groene ijzer opstoot en wij kunnen meedoen aan de Iron Man..Deze lunch moet ik zeker niet in laatste twee weken van onze vakantie klaarmaken. Stel je voor dat wij anders voor onze terugvlucht, door ons hoog ijzergehalte, niet door de metaaldetector geraken. 


Groenige Sim, Costa del Silencio      15/2/2015

 
 

zondag 8 februari 2015

MEEDOGENLOZER DAN NERO, CALIGULA EN DE BORGIA'S SAMEN


Het is niet omdat wij twee maanden de Belgische winter ontvluchten, dat wij dan ook automatisch afgesneden worden van alle Vlaamse berichtgeving.

Zoals elke allochtoon, die zijn geluk of zijn weersvoorspellingen in een vreemd land gaat zoeken, zijn wij afhankelijk van de gigantische satelliet- antennes die overal in het gastland op de daken prijken.

Rond het nieuws van zeven op Eén of op VTM, laten wij ons, net zoals thuis, in de sofa vallen en brengen wij de rest van de avond televisiekijkend door.

Misschien is het echter beter om niet te veel informatie en allerlei doemscenario’s doorgestraald te krijgen. Beter is het om onbekommerd te genieten van het, in onze ogen, gevaarloze vakantiewereldje. Soms echter word je, of je het wilt of niet, met je bruine neus op de actuele feiten gedrukt. Ook hier in Zuid Tenerife lopen er inmiddels enkele ‘islamitische’ angstkwekers, messentrekkend rond. Dus echt ontsnappen aan alle heisa doe je niet echt.

Wij hebben ook onze laptop meegenomen en lezen dagelijks De Gazet van Antwerpen en Het Laatste Nieuw in beknopte vorm. Via internet houden wij, moderne globetrotter- grootouders, contact met onze kinderen, kleinkinderen en vrienden. Op Facebook volgen wij foto per foto het verjaardagsfeestje van onze achtjarige kleinzoon en het rond dribbelen van onze anderhalf- jarige baby kleindochter. We bekijken foto’s van ons schoondochtertje met haar armen rond haar twee grootste schatten en een afbeelding van onze kaalhoofdige zoon met een zwarte ‘terreurbaard’. Dit baart (mooie woordspeling hé?) ons wel wat zorgen. Terwijl hij ons verklaart dat dit zijn winterpels is, vragen wij ons in stilte af, of zijn Facebook- achterban zich nu ondertussen al niet afvraagt of de indoctrinatie al tot aan de grenzen van Brasschaat en Maria-ter-Heide doorgedrongen is. Wij moeten ons echt geen zorgen maken, want zoonlief loopt thuis niet in een djelaba rond en heeft zijn zoon en dochter niet Mohammed en Fatima genoemd. Bovendien is zoonlief totaal niet gevoelig voor eender welk gelovige gedachtegoed ook. Maar die baardgroei vinden wij een griezelig winterfenomeen.   Stel je voor dat de doorsnee geradicaliseerde en terreur bereidwillige islamiet bij het zien van deze weelderige begroeide Facebook- foto bedenkingen krijgt en onmiddellijk denkt aan verhuizen! Waar er één is, willen er meestal meer zijn…Wij geloven echter niet dat deze bevolkingsgroep staat te springen om zijn tenten op te slaan in een gehucht met een zo’n christelijke naam, maar je weet maar nooit. Zo zie je maar dat je onvermijdelijk toch – al was dan met het zien van een foto met zo’n baard - met de ‘wereldterreur’ bezig bent.

Interessanter is het feit dat er zich hier, rond de Canarische Eilanden, door de onderzeese vulkanische activiteit enkele nieuwe eilanden aan het vormen zijn. Spanje claimt deze nieuwe grondoppervlaktes al, nog voor ze boven water gekomen zijn. Ik heb echter een fantastisch Europees idee. Ik geef het toe, het is wel een beetje afgekeken van de Engelsen die vroeger alle criminelen naar het nieuw ontdekte eiland Australië afvoerden, maar volgens mij is het grandioos en probleemloos en praktisch uitvoerbaar.

Eens de nieuwe eilanden hier boven water komen, reserveren wij het eiland dat het verst in de Atlantische oceaan opduikt. Het moet het meest van de westerse beschaving verwijderd zijn. Hier droppen wij per helikopter, alle terugkomende Syrië- strijders, mogelijke terreurverdachten en gevangen genomen aanslagcriminelen. Ik vermoed, dat er op een nieuw ontstaan eiland nog niet veel groeit en leeft, dus gaan we deze lieverdjes bevoorraden. Ik stel voor dat wij daar containers gevuld met alcohol stationeren. Neen, geen water en geen thee..’t moet plezant blijven hé.  Om hen ook iets te eten te geven, laten wij er een beer (mannelijk varken) en wat zeugen met biggetjes los. Die kunnen dan voor de etensvoortplanting zorgen. Zie hier min of meer het scenario van de recent uitgebrachte sciencefiction film “The Hunger Games” naar een boek van Suzanne Collins. Voor diegenen die de film niet kennen: Voor de minste vorm van overleving moet tot de dood gevochten worden.

Voor wat ’binnen- eilandvertier’ laten we ook nog wat vlijmscherpe zwaarden achter, zodat ze hun hobby nog wat verder kunnen perfectioneren! Voor eventueel namiddag vertier en mogelijke randanimatie,  krijgen zij van ons ook nog een doos met lucifers en wat petroleum. Voor de paar aangevoerde, vroeger meevechtende terreur- moslima’s , moeten ze dan maar eens op de vuist gaan. Niet dat vechten zo in hun aard ligt, maar voor wat hoort wat. Wie wint kan deze dames een cursus ‘seksslavin’ aanbieden. Als dit beroep hen niet zo direct ligt, zal hun mede- crapuul wel een spelletje stenigen uitvinden. Lavastenen genoeg op deze eilanden. Voor het kermisspel “holibi’s van de flatgebouwen gooien” zullen ze een alternatief moeten uitvinden, noch homo’s, noch wolkenkrabbers zijn aanwezig op het vernieuwde sharia- eiland.

Wat zeggen jullie, dat wat ik voorstel barbaars en wreed is? Ja ik ben zonder enige twijfel meedogenlozer dan de tirannen Nero, Caligula en de gifmengende familie de Borgia’s samen.  Ik verkracht echter geen vrouwen en stenig ze niet. Ik moord geen kinderen uit en sleep geen lijken achter mijn auto aan. Ik gooi geen homo’s van hoge flatgebouwen, ik hak van niemand het hoofd af en steek geen medemens in brand.

Ik reik ze zelfs een tropisch eiland, eten, drinken en plezier aan… Met een beetje geloof in Allah en Mohammed moeten ze daar toch nog iets van hun leven kunnen maken niet?


Sim,    Costa del Silencio 8 februari 2015