Saint-Rémy-de-Provence is een blauwluiken- stadje dat zich onderaan de bergketen ‘Les Alpilles’ bevindt. Al tijdens de Romeinse tijd vond men dit de ideale plek om van het zonnige zuiden te genieten. Onderweg naar het bergdorpje Les Baux, vindt men de Romeinse opgraving Glanum met zijn triomfboog. De via Dolmitia en de via Aurelia leiden nog steeds naar Rome.
De huizen die zich in het
mistralvrije binnenstad bevinden, zijn allemaal terracotta-, vanillevla- en
eierschaalkleurig. Ze weerkaatsen de meizon op al de toeristen die jaarlijks
dit Provençaals stadje bezoeken. Overal bloeit oleander en geurt de kamperfoelie.
Allerlei gezellige winkeltjes kleuren de nauwe straatjes en je moet al van
staal zijn om hier je nu en dan niet tot een aankoop te laten verleiden.
Saint-Rémy is de
geboorteplaats van Nostradamus en het toevluchtsoord van de psychotische
Vincent Van Gogh. Er is een schilderijenwandelroute uitgestippeld tot aan het
Saint-Paul-de Mausole, het klooster waar de kunstenaar naar geestelijke rust
zocht en zijn demonen in verschillende schilderijen van zich afpenseelde.
Zowel in Arles als hier werd
hij destijds miskend en leefde hij in de grootste armoede. Vincent is nu de
voornaamste trekpleister en ‘het geld in het toeristische laatje’ van de stadjes.
Iedereen pikt hier ondertussen een graantje mee van de beroemde naam: Hotel Van
Gogh, restaurant Vincent enz.
Als je tijdens een mistralwind
in de omgeving van Saint-Rémy wandelt, dan begrijp je ineens veel beter met
welke blik en gemoedstoestand Vincent deze omgeving schilderde. Je wandelt in
een Van Gogh schilderij met de grillige bergwanden als ‘scenery’ achtergrond. De
mistral rukt aan de cypres- en de olijfbomen. De klaprozen deinen als rode
confetti heen en weer en de blauwe irissen worden door de rukwinden
omvergeblazen. Vincent zag tijdens zijn leven geen cent voor zijn werk, maar
iedereen die later ook maar één schilderij van hem in zijn bezit kreeg zag zijn
rijkdom alleen maar toenemen. Je zou jezelf van minder frustratie een oor
afsnijden.
Het is vandaag 25 mei en
Pinksteren. Pinksteren, een hoogdag voor
de Pinkster- gemeenschap, voor de anders gelovigen een zelfgefantaseerde
heiligendag, voor de atheïsten een gratis meegenomen vakantiedag, voor de
Antwerpenaren het begin van de Sinksenfoor, een zesweken durende kermis en voor
Saint-Rémy de dag van de Transhumance. Duizenden schapen worden door de herders
langs de buitenring rond het stadje voortgedreven. Het idee dat ze straks weer
lekker kunnen grazen op de sappige weiden, doet hun vrolijk mekkerend achter en
tegen elkaar voorstappen. De tweede keer dat ze dit rondje moeten lopen, voor de
gratie van de honderden foto’s makende toeristen, vinden ze al minder prettig.
De tongen hangen al uit de dorstige schapenkoppen en hun ogen kijken al minder
happig in de achterkant van hun schapencollega’s.
Wij stappen naar de dienst
voor toerisme en kopen er een wandelkaartje. De rondwandelingen zijn in rood,
blauw, zwart, purper, oranje, groen en roze op de kaart aangeduid. De
bewegwijzeringen ter plaatse zijn echter allemaal in het GR rood/wit of in het
geel. Dit blijkt voor manlief al een verwarrende combinatie te zijn. We trekken
de Alpilles in en na een uur gaat onze tocht al volledig de mist(ral) in. In
plaats dat de aanwijzingen bij elke splitsing goed duidelijk aangegeven worden,
moeten we weer elk een tiental meter een kant uitstappen om opnieuw een
streepje kleur te vinden. De wandeluitleg is uiterst summier en zonder dat je
het goed en wel beseft, gaat de ene geelbewegwijzerde wandeltocht over in de
andere en stap je de verkeerde richting uit. Manlief foetert dat hij die gele strepenman
met zijn verfpot wel eens zou willen tegenkomen en dat hij die GR
bewegwijzeringvrijwilliger zijn gedacht wel eens zou willen zeggen. Dat hij, op
het einde van ons verblijf hier, de
wandelkaart met veel spektakel op het bureau van de dame van de dienst voor
toerisme zal deponeren. Hij zal er haar op wijzen dat de uitleg uiterst
verwarrend is en dat de ‘plaatsaanduidingsidioten’ en de burgemeester en de
schepenen van het plaatselijke toerisme er geen kl…van kennen! “Ze moesten
beschaamd zijn dat ze voor zulke misleidende kaartjes nog geld voor durven
vragen ook!” Ach ik laat hem maar uitrazen ik weet ondertussen uit jarenlange
ondervinding dat er bij manlief maar een minimale ruimte in zijn hersenpan
voorzien werd voor het kaartlezen en oriëntatiegedeelte. Als je met manlief de
Antwerpse Meir richting Grote Markt afloopt en je het aandurft om in een winkel
binnen te stappen, hoef je hem maar tweekeer rond een molen hemden te laten
draaien om dan tot de ontdekking te komen dat hij gegarandeerd niet meer weet van
welke kant hij kwam en welke richting hij nu uit moet. Om de
oriëntatiehutsekluts in manlief zijn hersenen te kunnen ontrafelen, heb je een
heel gesofisticeerde en geavanceerde computer nodig en dan nog... Ik ben dan
wel blond, maar kaartlezen kan ik als de beste. Ik versla zelfs met vlag en
wimpel de gps madame. Een gewaarschuwde vrouw is er twee waard en dus smokkel
ik reeds jaren een mini overlevingspakket met eten, fruit en water in de rugzak
mee, want een wandeling van vier uurtjes kan al flink uitgroeien tot een
volledige dagmars. In het begin stap ik nog steeds gedwee achter mijn
kaartlezende analfabeet aan totdat mijn oriëntatiegevoel op de rem gaat staan
en ik ervan overtuigd ben dat hij ons weer een paar extra niet bewegwijzerde
kilometers laat klimmen en dalen. Dit draait steeds uit op oeverloze
discussies, waar we ons juist op de kaart bevinden en welke richting we uit
moeten. Als hij naar links zegt, dan weet ik al bij voorbaat dat de juiste weg
naar rechts leidt. Al een paar keer in het verleden, stampvoette ik dat hij
zijn eigen twee oriëntatiehersencellen maar moest volgen maar dat ik zowiezo de
andere kant uitwandel. Als hij vanavond dan niet naast mijn caravanbed staat,
zal ik samen met de campingbeheerder wel een zoekactie organiseren. Meestal
drentelt manlief dan binnensmonds mompelend achter mij aan en wil, nadat wij na
een half uurtje terug op de camping staan, nog steeds niet toegeven dat hij de
verkeerde kant wou uitwandelen. Ach, begin in het buitenland, met zo’n
oriëntatiegenie nooit alleen aan een bergwandeling, een jungletocht of een
safari zonder de plaatselijke bevolking te informeren. Zij moeten indien ze ons
binnen de week niet terugzien, het leger met een rescue- helicopter mobiliseren
en die kwistig de nodige overlevingsvoedselpakketten laten uitstrooien. Dus als jullie de komende weken geen
verhaaltjes meer toegestuurd krijgen, betekent dit ofwel, dat ik misschien geen
wifi/internet op de camping meer heb, maar het kan ook zijn dat ik zonder
nadenken noch tegenspraak en zonder enige twijfel, manlief op een wandeling gevolgd
ben. Waarschijnlijk ben ik nu dan nog steeds aan mijn survivaltocht in het Van
Gogh decor bezig en heeft men ons nog steeds niet teruggevonden.
Sim, Saint-Rémy-de-Provence 25 mei 2015
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Ik hoor heel graag van jullie wat jullie van mijn verhaaltjes vinden ?